Historische kappen zijn samen met kelders voor bouwhistorici interessante ruimtes. Vaak zijn deze ruimtes in de loop der jaren het minst verbouwd waardoor oorspronkelijke situatie nog verrassend goed aanwezig is. Voor houten kappen komt daar nog bij dat aan de hand van merktekens soms nog aanwijzingen gevonden worden voor de manier waarop een eeuwenoude kapconstructie tot stand is gekomen. Gaten of krassen in het hout die op het eerste gezicht onbeduidend lijken, blijken het verhaal van het hout te kunnen vertellen.

Houtvlotten

Het zichtbare verhaal van het kaphout begint al bij het transport van het hout, net nadat het uit de bossen gekapt is. Vanaf de middeleeuwen tot in de twintigste eeuw werden de bomen als houtvlotten over de rivieren naar zogenaamde stapelplaatsen gebracht, waar het hout verhandeld werd. De boomstammen die zowel de handelswaar als het houtvlot vormden werden bijeengehouden door dwarsbalken. De dwarsbalken werden verbonden aan de bomen door middel van twijgen en touwen die middels een gat in de bomen was verbonden. Deze zogenaamde houtvlotverbindingen zijn in oude kappen in veel gevallen nog terug te vinden. Vaak werd het hout dwars over de houtvlotverbindingen verzaagd zodat de “schade” aan het hout over twee balken verdeeld werd. In het kaphout blijft dan een taps toelopend gat zichtbaar, waarin in enkele gevallen zelfs nog een restant van de verbindingstwijg of -touw aanwezig is.

Verzagen

Vervolgens werd het hout over de lengterichting verzaagd, waarvan eveneens sporen op het hout zichtbaar blijven. Een onregelmatig zaagpatroon wijst op handmatig verzaagd hout. Hierbij werd een grote raamzaag gebruikt die met twee personen werd bediend. Het hout werd hiervoor op een meer dan manshoge zaagbok of boven een diepe zaagkuil gelegd. Boven bediende de meester houtzager de zaag, die voor het merendeel het sturende werk van de zaag deed. Onderin werd het zware werk meestal door een leerling uitgevoerd, hij deed het zwaarste zaagwerk en stond bovendien in het eigen zaagsel te zagen. Doordat het hout vaak vanaf twee kanten gezaagd werd, bleef rond het punt waar de twee zaagsneden elkaar ontmoetten een zaagdriehoekje zichtbaar, als gevolg van de twee verschillende diagonale zaagrichtingen.

Handel

Nadat het hout verzaagd werd, zette de houthandelaar vaak een eigendomsmerk op het hout. Deze eigendomsmerken zijn soms in het uiteindelijke kaphout nog altijd zichtbaar. Het aanbrengen van eigendomsmerken is vergelijkbaar met het gebruik van steenhouwers die ook de door hen bewerkte stenen van een “handtekening” (symbooltje) voorzagen.

Opbouwen van de kap

De houten balken die samen de kapconstructie vormen, werden door de timmerman op de grond op maat gezaagd. De uiteinden van de balken werden voor de verbindingen voorzien van een pen of een gat die in elkaar geschoven konden worden. Dwars door deze verbinding werden enkele gaten gemaakt voor de toognagels die de verbindingen verankeren. Omdat deze op maat gemaakte houten kaponderdelen in delen naar de top van het gebouw werden vervoerd werden de balken genummerd zodat ze bovenin zonder aanpassingen weer in elkaar gezet konden worden. Om te kunnen onderscheiden aan welke zijde van de kap het onderdeel geplaatst diende te worden gaven de timmerlui de nummering aan een zijde een herkenbaar kenmerk toe. Soms gebeurde dit door toevoeging van een haaks streepje op de nummering, vanaf het midden van de veertiende eeuw werden zogenaamde “gebroken telmerken” toegepast. Hierbij werd een van de rechte strepen in de nummering als een haakse hoek afgebeeld. Aan de nummering van de kaponderdelen is veel bouwhistorische informatie af te leiden. Een wijziging in een logische opeenvolging van de nummering zou bijvoorbeeld kunnen duiden op een latere wijziging van de kap. Maar ook de wijze waarop de nummering is aangebracht (met een haalmes, bijtel of zaag) kan een globale datering geven van het moment waarop de nummering op het hout is aangebracht.

Door deze sporen in het kaphout bouwhistorisch te onderzoeken, kan het verhaal van de wordingsgeschiedenis van een gebouw goed verteld worden. Met dank aan de ambachtelijke bouwsystematiek uit het verleden!